Zie jij het grotere plaatje?
Een van de simpele redenen dat we zoveel meningen, inzichten en dus vaak verwarring rond de impact van internet voorbij zien komen, is heel simpel dat we, in ieder geval in Nederland, zo veel verschillende begrippen gebruiken voor het zelfde. Dat is heel begrijpelijk maar tegelijkertijd jammer, omdat volgens mij vaak om die reden samenwerkingen niet tot stand komen en verbanden niet zichtbaar worden.
Deze situatie is denk ik ook een symptoom van het niet zien van die verbanden en het ‘grotere plaatje’. En soms is het volgens mij regelrecht een manier om een eerder werk van een andere wetenschapper over het zelfde niet te citeren om zelf de eer te kunnen claimen.
Neem nu de Triodos kreet ‘klein is het nieuwe groot’. Overigens een briljante slogan vind ik. Dat heet ook nearonomics, het kin principe (keep it near) , community economie, weconomy, Set Godins back to tribes, ketenomkering, zelforganisatie&zelfroosteren, sociale innovatie, nieuwe business modellen, bottom-up werken i.p.v. topdown, circulaire economie, enterprise 2.0, social company. Kantelen.
Al die woorden verwijzen er naar dat we vaak geen grootschalige, corporate, formele structuren meer nodig hebben om productieve samenwerking te realiseren. Internet is, als een tool om bedrijven als community neer te zetten, vaak gewoon veel goedkoper dan hiërarchie om samenwerking te realiseren. Uiteindelijk zullen bedrijven projecten worden, tijdelijke samenwerkingen van pro’s die samen iets moois maken en vervolgens weer wat anders gaan doen. Denk maar hoe een film gemaakt wordt.
Nederland kent mooie voorbeelden van ondernemingen en ondernemers die dit doen. Alkmaars aannemerRene Kesselaar, 80% omzetgroei per jaar!, is er een prachtig voorbeeld van.
Internet maakt bedrijven, maar ook wijken, scholen, ziekenhuizen universiteiten, kranten politiek, communities waar koper en verkoper dicht bij elkaar wonen en waar nearonomics en circulariteit ontstaat. Jouw besteding blijft binnen de wijk en leidt binnen die wijk tot een nieuwe besteding en gaat dus circuleren. Jouw besteding leidt daarmee tot een spoor van nieuw bestedingen, jawel Keynes multiplier. Overal waar lokaal geld in gebruik komt, en dat is inmiddels op heel veel plekken in de wereld en op internet, ontstaat economische groei. Barter, lokaal geld, circulaire economie en community economie, allemaal verschillende woorden de zelfde ontwikkeling aan de t duiden.
Nog een voorbeeld? Ook jouw reis per vliegtuig vormt een tijdelijke community en kun je op die manier organiseren. Easyjet en Ryanair zijn er groot mee geworden. KLM trekt de gedacht nog een stap door door je de gelegenheid te geven ook lid te worden van de Chinaclub of een voorkeurprofiel van jouw buurman/vrouw tijdens de vlucht aan te geven. Eigenlijk zijn de Easyjets en Ryanairs en de unitedconsumers allemaal voorbeelden van de vroegere meermanskaart waardoor B2C eerst C2B en in de volgende stap P2P, jawel community, wordt. Zie je het grotere plaatje?
Verbonden met dit onderwerp zijn servant leadership, empowerment, sommigen denken lean. Direct afgeleid zijn het nieuwe werken, de gekantelde organisatie, de omgekeerde hiërarchie, slim organiseren, slimmer organiseren, het nieuwe organiseren , beyond MBA, luisteren naar de werkvloer, herstel van respect van het ambacht. Maar ook de opkomst van barter en van lokaal geld horen in het rijtje thuis. Allemaal symptomen van de zelfde beweging.
Crowdfunding, crowd sourcing, crowd policing, civil journalism, crowd care (buurtzorg), referendum, toenemende invloed van de burger op rechtspraak en bestuur, democratisering van de wetenschap, allemaal een zelfde ontwikkeling, maar benaderen de ontwikkeling vanuit een ander aspect. Helaas ook eigen rechter spelen.
Uiteindelijk eindigt deze beweging bij de moestuin, duurzaamheid, integriteit en de eigen waterstofcel in de garage : allemaal decentrale oplossingen. Dat betekent tegelijkertijd ook een forse machtsverschuiving waar alle vertegenwoordigers van centrale oplossingen, de Essents, SHELLS ,Eneco’s, banken, en vele anderen niet blij mee zijn. Die strijd is in volle gang.
Ik denk dat we er aan toe zijn deze overall verbanden en patronen te zien. Dat vermogen scheelt je een hoop schijfruimte en veel tijd en helpt om belangrijke van minder belangrijke ontwikkelingen te scheiden. En misschien zien we dan wel scherper wat er eigenlijk voor onze neus gebeurt!
Dit plaatje vat de ontwikkeling samen.
….
Tot slot. Om eens over na te denken en wat marketing ideologietjes te challengen van bedrijven die er belang bij hebben dat wij zo denken.
‘Internet opent je wereld’. Boeiend of dit zo is. Jij doet dat natuurlijk niet, maar de meeste mensen gebruiken hun smartphone vooral om in hun eigen sociale bubble rond te blijven lopen en sluiten dus hun wereld. Digitale dementie rukt op.
The world is flat. Nog zo’n teaser. Wat je feitelijk ziet, is dat je met internet vooral de buren ontdekt: waar vind ik in de buurt een leenauto. Waar kan ik de andijvie uit mijn moestuin kwijt. Waar vind ik een kinderoppas voor vanavond.
Leuk he. Dat internet.
Volgens de evolutietheorie nemen door variatie en selectie de disticties en de connecties toe en daardoor het aantal systeemniveaus en het aantal compomenten per niveau (complexificatie).
Aanbod organisaties (B2C) zullen dan gewoon verder specialiseren en steeds globaler en grootschaliger opereren lijkt mij en tegelijk zal er ruimte ontstaan op microniveau. Tegeover die groiende macht van de grote spelers zullen inderdaad vraagorganisaties (C2B) ontstaan en ook die zullen globaler en grootschaliger worden. Ook daar zal ruimte ontstaan op microniveau. We zullen naar het zich laat aanzien het middenveld gaan verlaten. Op microniveau komt er dan ruimte voor P2P gebaseerd op tit for tat strategieen.